Madagaskar is uniek, zoveel is duidelijk. Het voelt niet echt als Afrika, evenmin als Azië. 5% van alle dier- en plantensoorten worden hier namelijk teruggevonden. De Maki ofwel Lemuur is zonder twijfel het pronkdier van het eiland. Ook de opmerkelijke natuurlandschappen zijn uitzonderlijk. Slechts een paar plaatsen op aarde bieden zo’n intense fauna en flora. Het eiland krijgt dus niet voor niets de bijnaam ‘Het rode eiland’. Madagaskar is zo immens dat we verbouwereerd zijn door het diverse klimaat. De gevoelstemperaturen zijn op veel plaatsen anders. Een brede waaier aan voorziene kledij is bij deze onze eerste tip! Met haar eindeloze landschappen, diersoorten, mensen en natuur lijkt Madagaskar meer dan één reis tegelijk. Hier volgt de samenvatting van een onvergetelijke reis met twee van onze beste vrienden.

Twee weken binnenland

Wij kiezen ervoor om eerst twee weken rond te trekken door het Oosten en het Westen van Madagaskar, om nadien naar het noorden door te gaan voor een week eilandhopping. De laatste week eilandhopping plannen we op eigen houtje, zonder gids. Het hoofdeiland Nosy Be en de omliggende eilanden zijn al meer toeristisch, dus daar is backpacken wel mogelijk.

Alles begint in de hoofdstad Antananarivo (ofwel Tana)

2 juni is het dan zover: we vertrekken op reis naar één van onze droombestemmingen Madagaskar! Onze reis start op de luchthaven van de hoofdstad Antananarivo. Net voor de laatste controle wordt al snel duidelijk hoe corrupt dit land wel niet is. De politieagent vraagt Jakke meteen stiekem om wat geld, gewoon zonder reden. Uiteraard weigeren we dat en stellen we ons vragen. Nadien antwoordt hij niet meer en laat hij ons toch gewoon door. Vanop een afstand zien we het plakkaatje ‘Esther’ al zwieren. Onze gids, chauffeur en enkele van hun vrienden staan ons op te wachten. Spannend! Meteen raden de mannen ons aan om al ons geld om te wisselen in de lokale munt Ariary, omdat het in de rest van het land vrij moeilijk is om geld te wisselen of af te halen. We wisselen een enorme hoeveelheid bankbiljetten euro’s om in de lokale munt Ariary. Om je een idee te geven (900 euro = 1.120.000 Ariary). Aan de hoeveelheid biljetten die wij in het begin op zak hadden, kon het wel eens lijken alsof we miljonair waren. Het voelde toch wat vreemd in zo een arm land.

De hoofdstad Antananarivo lijkt op het eerste zicht niet meer dan een drukke, rommelige stad met een wirwar aan kronkelende steegjes en winkels tussen meren met ontelbaar veel volk. Onze eerste indruk kan je best omschrijven als ‘gechoqueerd’ door het beeld van deze stad’. Maar als we dan doorrijden naar het centrum van de stad, komen we terecht in een aangename buurt met een deftig hotel. Het paleis van de president staat in de hoofdstad en is niet ver van dit hotel. Ons eerste avondmaal was er al meteen een om door te vertellen: Wout bestelt rognons sauté, wat kalfsniertjes zijn. Iets wat hij dus niet lust, even balen!

ACCOMODATIETIP: Hotel Niaouly 

Tana – Miandrivazo

Onze wekker staat om 6u ’s morgens. Het wordt al snel duidelijk dat ons vakantieritme zal aangepast moeten worden. Aangezien het om 18 uur ’s avonds pikkedonker is, beginnen de Malagassiërs hun dagen vroeg. Madagaskar schijnt rijk te zijn aan goud. Vanaf een brug zien we enkele families druk bezig met het zoeken naar goud in de rivier. Ook kinderen, van klein tot groot, helpen mee.

TIP: kijk waar je loopt. Een gewaarschuwd man is er twee waard. In Madagaskar kakken ze gewoon langs de weg of random op de grond. Laura zal de volgende keer dus beter kijken waar ze loopt… (lacht)

Na een on the road-ervaring met veel bergkammen en onverharde wegen bereiken we het charmante stadje Miandrivazo. De naam betekent letterlijk ‘ik wacht op mijn maîtresse’. Dit komt voort uit de legende dat Koning Radama hier aan het wachten was op Rasalimo, de Sakalava prinses waar hij verliefd op was geworden. Dit dorpje doet een beetje denken aan een verouderde far west film. Miandrivazo is een van de warmste steden op Madagaskar. De hoogtes en het reliëf veranderen even snel als het klimaat. Het is een heel gezellig vreedzaam stadje. Een leuke halte op onze tocht naar Morondava. ’s Avonds gaan we samen met onze gids Frank, ofwel Franky Boy voor de vrienden, ergens lokaal kreeft eten. Nu denk je waarschijnlijk, wat een decadente bedoeling is me dat… Wel decadent was het zeker, maar slechts voor 1,5 euro! Jawel, je kan hier een lekker stuk rivierkreeft eten voor slechts anderhalve euro. Smakelijk!

EEN WEETJE VOOR DE VOETBALFANATEN: Vroeger werden tweelingen in Madagaskar niet aanvaard en zelfs verstoten. Tweelingen worden namelijk als ongeluk beschouwd omdat de vrouw twee kinderen borstvoeding moet geven en hier snel ziek van kan worden. Je mocht als ouder slechts één van de twee kinderen houden. De voormalig assistent voetbalcoach van de Rode Duivels, Thierry Henry, ZOU als tweejarig kind meegenomen zijn uit Madagaskar door een Frans koppel. Zelf ontkent hij blijkbaar alles. Zijn bloedfamilie in Madagaskar weet dat het de waarheid is, maar zij zoeken geen contact met hem op omdat het dan anders lijkt dat ze willen profiteren van zijn rijkdom. Als een familie nu een tweeling krijgt in Madagaskar en beslist om beide kinderen te houden, moet de familie zich afzonderen. Of je kan één van beide kinderen afstaan en laten opvoeden door iemand anders en van zodra het kind groot is mag het dan terugkomen.

Toliara

Iets na de middag komen wij aan in Morondava, een stad aan de westkust van Madagaskar. We rijden via Toliara naar Morondava. In Morondova heerst een tropisch savanneklimaat, daarom is het ook één van de warmste steden van Madagaskar.

Morondava

Na een lange autorit kunnen we heel de namiddag genieten van het strand en de zon met een heerlijke (straffe) cocktail in de hand. Nadien bracht Frank ons naar het hotel! Dit was persoonlijk een van mijn favoriete verblijfplaatsen op Madagaskar. Wij slapen in een prachtige bungalow op het stand met uitzicht op de zee! Wakker worden met het geluid van kletsende golven, heerlijk toch? Voor de rest gaat alles mora mora: lekker rustig aan!

 

ACCOMMODATIETIP: Hôtel Bougainvilliers (gewoon bellen want dit hotel staat niet op booking of heeft geen website)

L’allée des baobas

s’ Avonds is het zover, op zoek naar de beruchte baobabbomen! Langs de zandweg tussen Morondava en Tsiribihina ligt de Avenue of the Baobabs, de pronkboom van Madagaskar. Maar liefst zeven van de acht baobabsoorten op aarde groeien enkel op dit eiland. Het is als een levend postkaartje, adembenemend mooi en vooral speciaal. De baobabbomen zijn een groep speciale bomen, waarvan sommigen tot 800 jaar oud zijn. De baobabbomen worden gekenmerkt door een brede stam met korte en dikke takken bovenop. Het lijken wel bomen die ondersteboven werden geplant. De korst van de bomen wordt bovendien gebruikt om huizen van te maken. Sommige hebben zelfs een naam gekregen van de lokale bevolking en zijn dus heilig, dit zie je als de boom ingepakt is met een rood lint. Zo hebben er toch enkele bij ons de revue gepasseerd! Je kan hier unieke foto’s maken bij zonsondergang.

s’ Avonds genieten wij nog van een lekker stuk gebakken vis in de warme straatjes van Morondava!

TIP: Maak een wandeling op de beruchte baobablaan bij de vooravond, wanneer het vuurrood en nachtblauw kleurt. Met zonsondergang wandel je best een stuk rechts van de laan af, zodat je de bekende foto met de rode gloed van de baobabbomen kunt maken. Je zal ongetwijfeld enkele fotografen en chinezen al zien afwijken van de laan… Dat is dus met een goede reden. Na meerdere zinloze pogingen, hadden wij nipt op tijd door dat de rode gloed dus van een andere kant kwam. Al lopend naar rechts konden we nog nét een glimp opvangen van de laatste zonsondergang op de baobabbomen! Magnifique!

De weg naar Tsingy de Bemaraha 

De weg van Baobab naar Tsjingy is, laat ons het beschaafd houden, minder berijdbaar. Wij rijden via route nationale 8, een van de nationale wegen van Madagaskar. Ik heb me niet vergist van foto’s, de zanderige hobbelige weg dat je onderaan op de foto’s ziet, is daadwerkelijk route nationale 8. Een hele dag zijn wij onderweg via de meest hobbelige weg aller tijde. De kilometers slenteren voorbij. Af en toe moest onze jeep wel eens met mankracht en uitzonderlijke driving skills over een kleine rivier of grote plas water worden gezet.

Op een gegeven moment komen wij aan bij een diepe modderplas. En nu ? Vanuit de omliggende dorpjes staan kinderen en mannen langs de weg om ons te helpen oversteken met de jeep. Met hun hulp én met de ‘driving skills’ van Bruno lukt het ons om de modderplas over te steken. Ik kan je garanderen, dit was spannend! Gelukkig komen we heelhuids aan bij de grote Tsjingy, een natuurreservaat dat op Unesco Werelderfgoed lijst staat. De grote Tsingy zijn wereldberoemde, heel bijzondere kalksteenformaties. Door erosie is een heel landschap ontstaan van vlijmscherpe rotsen. De pieken kunnen tot honderd meter hoog reiken. Echt de moeite om dit met je eigen ogen te zien en vooral te beklimmen! We gaan op pad met een nieuwe gids. Een jonge leergierige Malagassiër die bijklust als gids om zijn studies te kunnen financieren. Met touwen klimmen we over vlijmscherpe kalksteenrotsen. Soms gaan we door grotten heen om nadien de ravijn over te steken via een hangbrug. Nog iets zeer opmerkelijk zijn de vele wortels die je ziet hangen als je beneden door de Tsjingy wandelt. Boven op de rotsformaties groeien er bomen en planten, maar die hun wortels moeten meters naar beneden groeien op zoek naar water. Deze wortels hangen dus gewoon te slingeren tussen de rotsen. Eenmaal boven is het uitzicht daadwerkelijk adembenemend! Omdat dit erkend heilig Unesco erfgoed is, mag er niet gewezen worden. Er blijken veel graven te zijn van voorouders. Eerlijk ? Een hele dag niet wijzen is super moeilijk.

TIP: Best uitkijken waar je klimt en loopt, het zijn echt smalle scheuren en vlijmscherpe spleten.

WIST-JE-DATJE: Dikke mensen kunnen en mogen deze toer niet doen omdat het een stevige tocht is met veel kruipen en door zeer smalle gangen.

WIST-JE-DATJE: De witte bomen in de Tsjingy noemen ze vazaha, wat dus blanke betekent.

ACCOMODATIETIP: Hotel La Pirogue

OPGEPAST SLANGENGEVAAR IN DIT HOTEL : Dit is er toch weer eentje om door te vertellen. In het midden van de nacht wordt Laura, zoals wel vaker, wakker om naar het toilet te gaan. Zonder licht stapt ze blindelings naar het toilet. Tot ze plots een vreemde geur ruikt én iets glibberig voelt onder haar voeten… (Laura haar reukvermogen is trouwens fenomenaal sterk). Ze schijnt met het licht van haar telefoon naar beneden en wat blijkt… ZE STAAT OP EEN SLANG!!! In alle paniek roept de bewaker van het hotel die uiteindelijk de slang naar buiten brengt. Er zijn weinig tot geen giftige slangen in Madagaskar, en uiteindelijk is dit verhaal ook goed afgelopen. Er bleef alleen een helse stinkende geur achter. Wie met vragen zit rond slangenangst kan Laura altijd contacteren.

Rivier monambolo met la gorge

Met een kleine roeiboot varen we over het rode water, ook iets wat Madagaskar sterk typeert. Onze jonge gids is een uitstekende begeleider! Op het bootje vertelt hij helaas over zijn schrijnende gezinssituatie. Zijn broer is doodgeschoten door een zeboe dief, maar ze durven niet naar de politie gaan omdat de politie hier corrupt is en dan gaan ze geld moeten geven dat ze niet hebben. Op de rivier bezoeken we enkele grotten en meerdere rotsformaties.

Vervolgens rijden we terug naar Miandrivazo als tussenstop. Onderweg passeren we het uitmuntende restaurant Mad Zebu! Andere toeristen hadden er ons al over aangesproken dat we hier zeker eens moesten gaan eten. Het lijkt plotseling of je zit in een vijfsterrenrestaurant. Daadwerkelijk overheerlijk! Wat wel straf is, want de kok gebruikt uiteindelijk dezelfde ingrediënten die wij al gewoon zijn. Maar hij verwerkt ze dus op een gastronomische en verfijnde manier! Als je ooit van plan bent om naar Madagaskar te reizen, laat dan dit restaurant niet aan je voorbij gaan. Het is uiteraard iets duurder, maar voor toeristen nog steeds erg betaalbaar.

’s Avonds keren we terug naar hotel Bougainvillier, in Morondava. Dat één op het strand! Hier vieren we Laura haar 25ste verjaardag. Het personeel hielp ons een heel buffet in elkaar te steken en versierde het restaurant. Ook de taart ontbrak niet. Wij trekken de nacht verder in met een cocktail bij Chez Jean le rasta!

WIST-JE-DATJE: bijna elke bar of elk restaurant begint met het woordje “chez” gevolgd door een persoonsnaam, zoals chez yolande. Chez Jean le rasta had zijn naam trouwens niet gestolen…

Antsirabe

Antsirabe, een van de koudste steden van Madagaksar, ligt slechts op 200 km van Miandrivazo, een van de warmste steden. Het landschap is eerder een mozaïek van vlaktes en dalen. Antsirabe is de hoofdstad van de Riksja (posy posy), die door de Chinezen werd geïntroduceerd, ofwel de “pousse pousse”. Dit zijn houten karretjes met twee wielen die door middel van een fiets op pure mankracht worden voortgetrokken. Er wordt zowel vracht als mensen in vervoerd. In Antsirabe zijn er honderden pouse-pousekarretjes die worden voortgetrokken door mannen of jongens. Een ritje kost slechts een paar cent. In de ochtend bezoeken we een aantal workshops en winkeltjes op basis van ambachtelijk werk, zoals een klein atelier waar een man van afval (lege blikjes en stukjes draad) autootjes en fietsjes maakt. In een volgend atelier worden tafellakens, katoen schilderingen, handtasjes én bavetjes gemaakt door een rijtje dames. Hier lijken we terechtgekomen in het Aziatische deel van het eiland. Wij passeren enorm veel groen en rijstvelden. Blijkbaar bevinden wij ons in de ‘merina’, een bevolkingsgroep van Indonesische origine.

De roadtrips in Madagaskar zijn ongetwijfeld een van de mooiste, met het landschap dat rijk is aan rode en groene kleurschakeringen. ’s Avonds bezoeken we twee meren, namelijk Andraikiba & Tritriva. Het tweede meer leek heel erg mooi en zeker de moeite om te bezoeken als het nog niet schemert. Bij ons was zonsondergang helaas gepasseerd en wij zagen haast niets meer van het meer. Toch wel even een domper op de feestvreugde.

Cultuurweetje: In Madagaskar hebben ze het ritueel om elke drie tot vijf jaar de dode familieleden op te graven, ermee te dansen en nadien in een nieuwe lijkwade te wikkelen. De familieleden en dorpelingen worden dan uitgenodigd voor een groot feestmaal, waar er gedanst wordt en rum gedronken wordt. Het feest kan tot een week duren. Dit ritueel verschilt wel van regio tot regio. In het Zuiden, waar de mensen over het algemeen armer zijn, halen ze de ingewanden uit het lichaam en hangen ze vervolgens het lichaam op aan het dak van een huis van een van de familieleden. In de rest van het land wordt er een benefiet georganiseerd als de mensen niet genoeg geld hebben voor een feest.

ACCOMODATIETIP: Wij verblijven in Green Park. Een redelijk chique hotel met zeer veel Aziatische invloeden. De pizza is er wel niet te eten.

National park Andasibe – Mantadia

Vandaag bezoeken wij het nationale park Andasibe – Mantadia, een beschermd natuurgebied in de laaglandbossen van Madagaskar. Het nationale park bestaat uit vochtig groen regenwoud, wat toch wel zorgt voor een koude gevoelstemperatuur. Dit schijnt een ideaal leefgebied te zijn voor, de zeldzame en alleen op Madagaskar te vinden, Indri Lemur. Dit is de grootste halfaap ter wereld die alleen in het oosten van Madagaskar voorkomt. Onze gids weet al snel enkele kameleons en verschillende soorten maki’s te spotten. We krijgen zelfs de kans om een maki in het wild aan te raken en te voeden.

Plots lijkt het wel alsof iemand tientallen brandalarmen laat afgaan! Een hels kabaal gaat door merg en been. Jawel, het is de bekende Indri Lemur dat ontwaakt! De luide roep van dit pluizige beest is indrukwekkend! Geloof me, zoiets heb je nog nooit gehoord. Luister even mee:

In de namiddag trekken we naar Vakona Private Reserve, een privé natuurreservaat van een hotel. Wij zien maar liefst 44 (slapende) krokodillen op nog geen meter afstand! Aangezien dit een afgebakend privé reservaat is krijgen wij de kans om een maki tot op onze schouder te lokken:

Nadien huren we een bootje om een toer te maken op de rivier rond het domein. Ons enthousiasme is haast niet te verbergen wanneer er plots een King Julien op onze boot springt! Vanuit de omliggende bomen verschijnen allemaal gele maki’s en echte King Julien maki’s!

TIP: huur hier een bootje als je een King Julien wil zien, want wij hebben er nadien geen enkele meer gezien.

Ook ’s avonds maken we nog een keer een nacht-excursie, waarbij we met zaklantaarns weer andere kameleons en slapende maki’s spotten. De spotmodus is on!

TIP: Neem zeker je regenjas en stapschoenen mee naar het nationale park Andasibe – Mantadia. Een lange broek kan ook handig zijn aangezien er veel muggen vliegen en de gevoelstemperatuur eerder koud is. Deet ook niet te vergeten natuurlijk!

ACCOMODATIETIP: Hotel Feon ‘Ny Ala – Een heel charmant adres in het midden van het groen. Voor het hotel ligt een mooi houten terras aan een vijver. De bungalows zijn in de vorm van strohutten. In het restaurant worden vooral Chinese specialiteiten geserveerd.


Onderwijs – uitstap naar een privé school

Op de tiende dag van onze reis bezoeken we twee privé schooltjes. De kinderen krijgen hier les in het Frans en in het Malagassisch. Van dat Frans is helaas weinig te merken… De kinderen lijken ons niet bepaald te verstaan in het Frans. Het eerste schooltje dat we bezoeken is een grote ‘deftige’ school met schriften, klasjes en banken. Ook de directeur en leerkrachten zijn duidelijk van een hogere klasse. Dit is niet overal het geval. In de afgelegen dorpjes volgen de kinderen af en toe les op twee voorwaarden: het moet goed weer zijn want het bord en de bankjes staan vaak buiten én ten tweede kan de les enkel doorgaan als er een leerkracht van het hoofddorp kan afkomen. Anders geen les. Schoolplicht is er niet. Op het einde van ons bezoek vraagt de directeur ons om geld, om zo de school te steunen. Er is maar een minimale tussenkomst van de overheid en dit is niet genoeg om de leerkrachten door te betalen in de zomervakantie.

Op weg naar Tana stoppen we in de middag langs een centre commercial. Wij vallen letterlijk uit de lucht van de westerse invloed hier! Heel frappant hoe wester deze supermarkt plotseling is. Een grandioos verschil met enkele kilometers verderop. Je vindt er heel veel charcuterie, eigenlijk alles wat je in een winkel bij ons kan vinden. Nu, ik ga niet klagen want ik kon eindelijk nog eens een broodje met kaas eten! Dat heeft ons wel gesmaakt moet ik zeggen. ’s Avonds komen we aan in een heel deftig hotel in het centrum van Tana.

ACCOMMODATIETIP: Hotel K-Méléon

Nadat we ons gesetteld hebben, bezoeken we nog het kleine privé schooltje van de straat. De school is net gedaan en we zien allemaal super schattige roze tenuetjes de school verlaten! De directrice en tevens oprichtster van de school ontvangt ons meteen met open armen en legt ons hun schoolleven uit. Blijkbaar leren de kinderen toch vanaf de kleuterklas al basis Frans. De lagere school in Tana start om 8u tot 11.30 u, waarna de kinderen een pauze krijgen. Nadien starten de lessen terug om 13.30 u en eindigt een schooldag om 16u.

Eten bij de locals

Een etentje bij de lokale bevolking kan toch niet ontbreken op zo’n avontuurlijke reis hé. Frank en Boris nodigen ons uit bij hun thuis voor een lokaal Malagassich dinner. Laura en ik helpen de vrouw van Boris met het maken van onder andere samosa. Dit zijn de bekende bladerdeeg driehoekjes met vlees en groentjes in. Nadien wassen we nog een rauwe kip die zopas geslacht werd… Ja, in Madagaskar eten ze de poten, ingewanden en eigenlijk alles op van een kip. Ook van een gebakken visje eten ze de kop op. Wederom een nieuwe ervaring…

De keuken is trouwens miniem én lopend water of een douche hebben ze niet. Ze wassen zich in de rivier. Veel hygiëne is er ook niet. Dat hebben onze darmen later weer mogen voelen 😉 ’s Avonds werd er nog een taart voorzien want twee van hun drie kinderen waren jarig geweest. We eten samen in de living, waar de kinderen nadien zullen slapen op een mat. Er zijn slechts twee kamers. In de ene kamer slapen Boris en zijn vrouw en in de andere kamer slaapt Frank met nog twee broers van de vrouw van Boris. Daarom moeten de kinderen dus in de living slapen.

Het lokaal eten was heel erg lekker maar is ons toch niet goed bekomen.

WIST-JE-DATJE: : Als welkomstgeschenk geven we een fles rode wijn. Alvorens van die fles te drinken, giet de familie eerst een scheutje uit op de grond. Volgens hun geloof gaat de eerste slok naar de voorouders.

De volgende dag rijden we een hele dag van Tana naar Ankarafantsika, nog zo’n beschermd natuurgebied in de brousse van Madagaskar. Er hangt toch een legende aan dit park. De naam Ankarafantsika heeft twee betekenissen, ten eerste ‘berg van doornen’ en ten tweede ‘sluwe, enge man’. De bossen van dit park waren in het verleden synoniem voor mysterie en terreur omdat er een bandiet woonde die reizigers overviel. Dat belooft… Die avond is er alvast een om niet snel te vergeten! Er was namelijk een probleem met de reservatie van onze bungalows waardoor wij slechts een bungalow hadden de tweede nacht. De eerste nacht moesten we zien te overleven in een primitief verlaten en vuile kamer met slechts een eenpersoonsbed… We waren toch wel lichtelijk geshockeerd door het aantal vieze beesten in dit hotel, niet verwonderlijk aangezien het midden in het park lag. De grootste kevers, motten, spinnen, kikkers, muggen, gecko’s en jawel ook slangen zijn ongetwijfeld onze voordeur gepasseerd. Niet onze best nacht dus.

TIP: Je hebt hier best standaard een zaklantaarn mee want de weg naar het ‘restaurant’ is zeer donker en de kans bestaat dat je anders op een slang zal staan. GEEN MOP.

Het nationale park Ankarafantsika bestaat uit een mozaïek van savanne, droge bossen tot een soort van krater dat ontstaan is door erosie. Ankarafantsika heeft ook tal van meren die de habitat vormen voor diersoorten zoals krokodillen en tropische watervogels. Het meer over het hotel was prachtig, maar verboden om tot aan de rand te komen aangezien er krokodillen zitten. Volgens onze gids zouden hier al toeristen gestorven zijn… Maar alles wat Franky boy zegt is toch soms met een korrel zout te nemen.

Na een helse nacht bezoeken wij in de voormiddag het park op zoek naar speciale gecko’s en lemuren. Nadien wandelen we een stuk door de warme savanne om een van de bekendere kraters van Madagaskar te bezichtigen. Deze kraters is begonnen met een kleine put, maar door regenerosie uitgegroeid tot een gigantische krater met zeer speciale vormen. De erosie heeft veel mineralen blootgelegd waaronder ijzer, calcium en sulfaat die dus zorgen voor de verschillende rotskleuren.

Na onze dagtocht konden we verhuizen van de primitieve kamer naar een luxe bungalow, eveneens midden in het park. Wat een verschil! Een moderne bungalow met een terras dat uitzicht geeft op een meer vol krokodillen. ’t Is is iets anders hé! Opgelet: het eten in dit restaurant (wat je eigenlijk geen restaurant kon noemen) was heel erg duur. Daarom hebben wij ervoor gekozen om in het dichtstbijzijnde dorpje te gaan eten. ’s Avonds bezochten we nog het bos in nocturne op zoek naar nachtdieren. Veel gecko’s, slangen en kleine nachtmaki’s gezien. We zagen zelfs een dwergmaki, die zo klein is als je hand maar wiens ogen een rood oranje felle gloed weerkaatsen.

ACCOMODATIETIP: Gite d’Ampijora (kies dus voor de bungalows aan het meer! )

De volgende dag rijden we richting de haven van Ankify. Hier zullen wij de overstap maken naar de eilanden Nosy Be en Nosy Komba. Eerst een namiddagje relaxen in een hotel met een zwembad! Dat mag er ook eens tussen zitten.